Renners in de grote oorlog wiki
Advertisement

Urbain Anseeuw (1892-1962)[]



Anseeuw Urbain 02


Urbain Anseeuw is geboren in Wingene in 1892. Als jongen ziet hij de fietsen in het straatbeeld verschijnen. De eerste wedstrijden met stoere mannen. Dat wil hij ook en er komt een velo voor Urbain. Hij gaat deelnemen aan wedstrijden en wordt een echte coureur. Hij wint regelmatig bij de amateurs (o.a. de Ronde van Vlaanderen in 1910 - bron: http://karelvanwijnendaele.be) en gaat daarna koersen bij de onafhankelijken en dit is vaak een opstapje naar een carrière als beroepsrenner. In juli 1914 wordt hij tweede in de ronde van België, een 600 km lange eendagskoers.

Daarna gaat de fiets in de schuur en Urbain wordt opgeroepen in het Belgische leger. Hij dient aan de grens met Nederland en doet mee aan de slag om Antwerpen. Zijn onderdeel wordt afgesneden van de Belgische hoofdmacht en vlucht de Nederlandse grens over. De Belgische soldaten worden in het neutrale Nederland geïnterneerd in opvangkampen. Urbain komt in Harderwijk terecht. Belgische geniesoldaten bouwen de eerste barakken en er ontstaat een waar Belgisch stadje. De regels zijn streng in de eerste oorlogsjaren maar al snel blijkt dat deze vluchtelingen niet gevaarlijk zijn.

De kampleiding begrijpt het nut van ontspanning en sporten want dit zorgt voor discipline en geeft het leven inhoud. De Belgen nemen hun eigen gebruiken mee waaronder de koers. Onder de geïnterneerde soldaten worden wedstrijden gehouden om kamp Harderwijk. Deze trekken publiek uit de hele regio en de coureurs worden bekende mensen. Urbain is een van de sterke renners en traint serieus tijdens zijn onvrijwillige verblijf in Nederland. De vluchtelingen worden populair als renners en nodigen de betere Nederlandse coureurs uit om mee te koersen. Urbain wordt de lieveling van het publiek in Harderwijk. De sympathieke Vlaming ligt goed bij het vrome publiek in deze regio en als zwager van de gebroeders Buysse is hij bekend van de verhalen uit de Tour de France.

Op 2 oktober 1916 komt 2500 man publiek rond de wielerbaan om de Grand Prix La Belgique te bekijken. Deze uurkoers voor liefhebbers wordt gewonnen door De Rijck met een gemiddelde van 29,040 km/u. Naast de nodige premies verdient De Rijck een fietsband, beschikbaar gesteld door de rijwielhandel Dronk in Harderwijk. Vervolgens een aflossingskoers waar de Belgische kleppers zich meten met de Nederlandse. Urbain Anseeuw en Jan Somers rijden de Nederlandse Biezembos en Deuts op een volle ronde van 340 meter. Het publiek breekt de tent af. De winnaars rijden in 50 minuten 31,680 kilometer. De Belgische geniecommandant oppert het idee om een echte wielerbaan met tribunes te maken. Er wordt materiaal geregeld en de Belgen bouwen in 1917 in drie weken een echt wielerstadion met een 400 meter baan. Tot aan het einde van de Groote Oorlog wordt hier gekoerst door de Belgische soldaten en door Nederlandse toppers als Klaas van Nek, Piet van Kempen, Jorinus van der Wiel, Frits Wiersma, Gerrit Bontekoe en Piet van Kempen. De wedstrijden worden een groot succes.

Anseeuw Urbain 04

  Er wordt een competitie georganiseerd waarbij de Belgische renners meedoen aan wedstrijden in Harderwijk, Uden, Den Haag en Amsterdam. Mede door de impuls van deze vluchtelingen wordt wielrennen populair in Nederland. Als de oorlog is afgelopen gaan de Belgen terug naar huis. Urbain heeft de oorlogstijd goed getraind en wordt profrenner.

In 1919 wordt hij tweede in de Omloop der Slagvelden, een bizarre herdenkingswedstrijd langs plaatsen waar nog lichamen van gesneuvelde strijdmakkers van Urbain worden geborgen. Hij gaat ook naar de Tour de France dat jaar en valt op door zijn aanvallende stijl. In 1920 rijdt hij als renner van de Franse la Sportive ploeg nogmaals de Tour de France. Urbain blijft beroepsrenner tot aan 1924 en wordt daarna coach en wielertrainer.

Hij overlijdt in Aalter in 1962. Terugkijkend op zijn tijd in Harderwijk heeft deze vluchteling een belangrijke rol gespeeld in het populair maken van het wielrennen in Nederland. Zo zie je maar weer dat je uit het slechte altijd iets goeds kunt maken.


bron: Velo Retro (Facebookpagina)

Meer lezen: De Wielersite - Mémoire du Cyclisme


terug oorlogsverhalen

Advertisement